We zijn weer begonnen
Heerlijk het tuinseizoen is weer begonnen. De bestelde zaden en knolletjes zijn inmiddels binnen. In
de koudebak heb ik steeltjes en radijs voorgezaaid.
In het tuinhuis is de eerste serie Lathyrus gezaaid.
De bessen zijn gesnoeid. Van het snoeiafval van de
bessen probeer ik nieuwe struiken te kweken. Gebruik daarvoor jonge stevige takken. Knip ze af op
20 a 30 cm en zet ze in een pot met grond.
Op het moment dat ik dit schrijf zijn we nog bezig
met het opruimen van de rommel die de storm veroorzaakt heeft. Gelukkig viel het deze keer mee.
Een paar dakpannen verschoven en wat takken van
de fruitbomen. Maar ja die wonden moeten wel
even netjes gezaagd worden, zodat ziektekiemen
er minder vat op krijgen.
Door het vele regen is het gras onder de bomen nu
een smurrie. Dus we wachten even voordat we aan
de compost gaan beginnen.
Laatst werd ik sinds lange tijd geconfronteerd met
de sporen van een haas of konijn. Ik denk dat het
wel 10 jaar geleden was dat het hier wemelde van
de konijnen. Als we ‘s avonds door het keukenraam
naar het “Gat van Hagen” keken, dan zagen we
vaak veel konijnen huppelen en gras eten. Maar na
uitbraak van de konijnenziekte was het stil.
Tot mijn oog viel op een van onze jongere fruitbomen. Net boven het gras was er bast van een
fruitboom geknaagd. Niet een klein hapje, nee, helemaal rondom de stam was de bast weg.
Heel even dacht ik nog aan de bever die verderop
bij Landgoed Loenen zit. Maar daarvoor was het te
oppervlakkig. Ik liet een foto hiervan zien aan een
collega en die bevestigde mijn vermoeden. Hij adviseerde om de wond af te dekken met Duck tape.
Geen idee of het echt werkt, maar we hebben dit
wel gedaan en meteen maar een gaasje om de
boom. De rest krijgt binnenkort ook een gaasje.
Ik vind het idee dat er weer konijnen zijn erg leuk,
een stukje natuur heeft zich weer hersteld. Ik ga er
vanuit dat het een wild konijn is. Maar het kan ook
goed een ontsnapt konijn van een van de buren
zijn.
In de tussentijd treffen we de voorbereidingen voor
onze nieuwe tuingenoten, de honingbijen. De
schuur staat vol met lege bijenkasten die ik bij elkaar gescharreld heb. Nu gaan we de plek klaarmaken waar ze gaan staan. Dat betekent dat de
bramen uit die hoek weg moeten. We proberen diverse scheuten naar een andere plek in de boomgaard te verplaatsen. Ik hoop dat dat lukt. Want op
de bloemen van deze bramen kwamen altijd heel
veel bijen af. En de bramen waren super lekker.
Iemand vroeg mij of ik bijen ging houden voor de
honing. En het antwoord is nee. Het is puur
nieuwsgierigheid. Het is ook zo’n bijzonder proces.
Hoe één koningin met flink wat helpers van nectar
en stuifmeel tot een gigantisch volk van duizenden
bijen kan uitgroeien. Ondertussen bestuiven ze allerlei bomen en planten en produceren ze nog honing ook. Sinds een paar maanden volg ik ook een
cursus bijen houden. Dan besef je pas hoe bijzonder de insectenwereld in elkaar zit. Hoe wij mensen
deze insectenwereld beïnvloeden, door niet inheemse planten of beesten (bewust of onbewust)
mee te nemen naar onze tuin. Hoe je door bijvriendelijke planten te kopen toch bijen kan doden.
Hoe afhankelijk wij mensen zijn van de honingbijen,
wilde bijen en bestuivers voor productie van ons
voedsel.
De bijen zelf hoop ik in het late voorjaar te krijgen.
En of er dit jaar al honing geslingerd kan worden
dat valt nog te bezien. Ik zou het wel leuk vinden.
Een bak yoghurt met eigen fruit en honing van
eigen bijen dat smaakt toch zoveel lekkerder.
Ina (moes)tuiniert