We kunnen bijna de tuin in.
Na alle nattigheid, vrieskou en een beetje sneeuw ben ik wel toe aan wat tuindagen. Hoe leuk en leerzaam het terugkijken van tuinprogramma’s en tuinboeken ook is. Het liefst wil je toch meteen aan de slag met de nieuwe ideeën. Eerst moet je de moestuin in vakken verdelen. En aan de slag met het roulatie schema. Het is beter om de planten niet op dezelfde plek van vorige jaren te zetten. Zo krijgen ziektekiemen minder kans en houd je de bodem vruchtbaarder. En sommige groenten houden van veel mest en andere liever heel weinig. Ben je een moestuinier die de grond regelmatig mulcht, dan geef je de bodem al een basisvoeding. Door te mulchen verspreid je het hele jaar door groen tuinafval rond de planten. Zo zorg je ook dat de bodem niet zo snel uitdroogt.
Mulch je niet, dan kun je de hele tuin van een dun laagje mest met eventueel compost voor- zien.
Alleen de plek van de tomaten, pepers, paprika’s pompoenen, courgettes, komkommers en kolen moet je dan van mest te voorzien.
Bij mij is de theorie altijd iets wat ik nastreef. Dat verschilt nogal met hoe het in de praktijk gaat.
Rekening houdend met het roulatie schema en de mestbehoefte maak ik plannen over wat ik wil en waar ik het neer wil zetten. Echter in de loop van het seizoen wijk ik af van mijn plannen. Want ik heb planten gekregen, iets unieks gekocht of van een soort teveel of te weinig gezaaid. En dan vergeet ik bij te houden wat in werkelijkheid waar gestaan heeft. Doe dit jaren achter elkaar en je heb een eigen tuinpuzzel gecreëerd.
Onder de zaden die ik besteld heb zitten o.a. tuinbonen, peultjes, doperwten en lathyrussen. Allemaal “bonen” die je vroeg kan zaaien en tegen een beetje nachtvorst kunnen. Vorig jaar had ik eigenlijk de tuinboon afgeschreven als moestuinplant. Maar ik heb hem gemist in de tuin. Het hoort er toch bij. En als het lukt, heb je super lekkere boontjes. Lekker vers, een klein beetje koken en een snufje zout. Ik bedenk me net, dat ik ze vroeger bij mijn ouders vaak met wat uitgebakken spekjes at. Nu trekt me die com- binatie niet meer. Zo verandert je smaak steeds. De tuinbonen kun je vanaf half februari al binnen of onder glas voorzaaien. De groei gaat langzaam, maar je hebt al vroeg planten om in de tuin te zetten. De tuinbonen kunnen een paar graden vorst hebben. Vandaar dat je niet tot ijsheiligen hoeft te wachten. Ik kan niet zo lang wachten, dus heb eind januari al wat tuinbonen van de zadenhandel voorgezaaid.
Ik krijg ook nog tuinboonzaden van het moes- tuinproject waar ik op ingeschreven heb. Dit krijg ik half februari. Kan ik meteen vergelijken of er verschil zit in de ontwikkeling van de tuinbonen van de zadenhandel en die van het project.
Als het goed is krijg ik ook vanuit het proefproject pompoenzaden. Op een of andere manier word ik daar iets minder enthousiast van. Maar dat komt waarschijnlijk door de gigantische opbrengst die we afgelopen jaar aan flespompoenen hadden. De vriezer zit er vol mee.
Ach dat dwong me ook weer tot het uitproberen van nieuwe pompoenrecepten. Zoals een spread met o.a. pompoenpuree en roomkaas, blokjes pompoen op zoetzuur of lekker pittige chutney.
Ik kijk er nu al naar uit. Een dun laagje pompoen- chutney op een toastje brie, glaasje appelsap of appelcider erbij. Houtkachel aan, katten ervoor. Genieten met een hoofdletter G.
Ina (moes)tuiniert