Pruumetied. Pruimentijd.
In ons dialect wordt de ui-klank vaak als uu uitgesproken, uutgesproke, en de ij als ie. Bijvoorbeeld: de tijd zal uitwijzen wanneer de pruimen rijp zijn. De tied zal uutwieze wanneer de pruume riep zien.
Maar er zijn uitzonderingen, uutzonderinge. In de Betuwe fruute we geen uutje als we een uitje fruiten. Volgens mij doen ze dat alleen in Nijmegen en Arnhem.
Maar goed, wanneer ik in de pruumetied naar de supermarkt ga, dan kan ik het niet laten om te kijken of er ook pruimen uit Nederland worden aangeboden. Negen van de tien keer niet. Maar deze zomer… jeuj! Een stuk of tien reine fikke in een schaaltje met folie er over waar een brutaal bedrag op stond en het woord PRUIMEN. Alsof er maar één pruimenras bestaat. Reine fikke is overigens dialect voor Reine Victoria. Dat is blijkbaar nog de enig overgebleven pruim die hier voor de handel gekweekt wordt.
Bij ons begon de pruumetied met de Lakstons (Early Laxton), een friszoete pruim met een rozerode kleur die de zomer aankondigde. Bijna tegelijk kwamen de Eldese Blauwe (Early Rivers), ronde paarse pruimpjes die kruidigzoet zijn en heel geschikt om te drogen.
Afhankelijk van het weer waren dan een aantal rassen tegelijk rijp. De gele zoetsappige doeljes (Reine Claude d’Oullins) en verfijnd kruidige gruuntjes (Reine Claude Verte), waren heerlijk maar snel gebarsten. We hadden zelfs een boom abrikozen met hun exotisch zoete aroma. Die waren ook geschikt om te drogen. De saren (Czar) en perzikpruume (Monsieur Hâtif) waren goede handelspruimen, net als de reine fikke. Daltans (Reine Claude d’Althann) en bellevijns (Belle de Louvain) zijn wat later rijp. Die laatsten staan hier overigens ook bekend als vèrrekespruume omdat de bomen vaak dicht bij huis in de varkensbongerdjes stonden.
De zoete en zure kwetsen sloten de pruimentijd af, maar dan was het al bijna herfst.
Al die pruimenrassen met hun eigen uitgesproken smaken konden uiteindelijk niet wedijveren met de gemiddeld smakende pruimen uit Griekenland en Spanje die hier nu als delicatesse in de winkel liggen. Door de grillige weersomstandigheden bleken de Nederlandse pruimen te kwetsbaar voor de handel.
Zo verdwenen de typische bomen uit het landschap en werd de pruimentijd vervangen door komkommer- tijd. Maar de reine fikke liggen in elk geval weer in de winkel! IvD